De rekenmachine
Met Slimleren oefenen leerlingen thuis of in de les, op een leuke en interactieve manier, de stof die jij voor ze klaar zet. Benieuwd naar onze stof? Hieronder zie je hoe het onderwerp De rekenmachine eruit ziet. Leerlingen kunnen in Slimleren vragen over dit - en ieder ander - onderwerp maken. Docenten kunnen de resultaten daarvan inzien en daarmee hun lessen efficiënter inrichten en makkelijker differentiëren.
Theorie
Uitdaging
Voor ingewikkelde sommen gebruiken we onze rekenmachines veel. Maar pas wel op met het gebruik van de rekenmachine, een foutje is namelijk snel gemaakt!
Methode
Als je een ingewikkelde som moet oplossen is de rekenmachine een ideaal hulpmiddel. Maar maak, voordat je de rekenmachine pakt, altijd een schatting van de uitkomst. Als je dan je rekenmachine gebruikt en je maakt per ongeluk een foutje met intikken, zul je dit direct opmerken.
Zo is de som 14,89 · 10,23 ongeveer gelijk aan 15 · 10 = 150. Door te beginnen met deze schatting weet je dat je antwoord in de buurt van 150 moet liggen. Als er een heel ander getal uit de rekenmachine komt, weet je direct dat je een foutje hebt gemaakt met het intikken.
Vuistregels
- Maak eerst een schatting van de uitkomst voordat je een som intikt in je rekenmachine. Zo kun je voorkomen dat je een fout antwoord krijgt.
Voorbeeldvraag
Bereken -3,4 · (5,2 + 5,2)
Uitwerking
Vul in op je rekenmachine. Vergeet niet de haakjes in te typen. Het antwoord is -35,36.