Basis 2 - oplossen van lineaire vergelijkingen met de balansmethode
Met Slimleren oefenen leerlingen thuis of in de les, op een leuke en interactieve manier, de stof die jij voor ze klaar zet. Benieuwd naar onze stof? Hieronder zie je hoe het onderwerp Basis 2 - oplossen van lineaire vergelijkingen met de balansmethode eruit ziet. Leerlingen kunnen in Slimleren vragen over dit - en ieder ander - onderwerp maken. Docenten kunnen de resultaten daarvan inzien en daarmee hun lessen efficiënter inrichten en makkelijker differentiëren.
Video
Theorie
Uitdaging
Door middel van een '=' teken kunnen twee lineaire formules aan elkaar gelijk worden gesteld. Dit noem je dan een lineaire vergelijking.
In deze theorie leren we je hoe je lineaire vergelijkingen kunt oplossen met de balansmethode aan de hand van een stappenplan.
Methode
- Stap 1: Alle termen met een x erin (dit kan ook een andere letter zijn) naar het linkerlid halen.
In dit geval staan alle termen met een x erin al aan de linkerkant, dus deze stap is al voltooid.
- Stap 2: Alle termen zonder x erin (dus de losse getallen) naar het rechterlid halen.
Dit kun je dus doen door aan beide kanten 9 er af te trekken. Dan houdt je links namelijk alleen nog maar 3x over en rechts alleen een getal, en dat is wat je wilt.
We halen 9 naar de rechterkant, door deze links én rechts eraf te trekken:
3x + 9 - 9 = 18 - 9
3x = 9
- Stap 3: Bepaal x.
Om x te vinden deel je de linkerkant en de rechterkant door 3. Als je 3x door 3 deelt houd je namelijk alleen x over. En daarmee heb je de vorm x = a bereikt.
$$\frac{3x}{3} \mbox{ =} \frac{9}{3}$$ dus x = 3
- Stap 4: Controle
Om te controleren of je ergens een rekenfout gemaakt hebt, kun je de gevonden waarde van x in de vergelijking invullen.
3x + 9 = 18 met x = 3, dit geeft:
3 · 3 + 9 = 9 + 9 = 18. Het klopt dus inderdaad!
Je ziet dus dat wanneer je een vergelijking oplost, je bij elke stap aan beide kanten hetzelfde doet. Als je bijvoorbeeld optelt doe je dit links én rechts. Zo blijft de vergelijking in balans.
Vuistregels
Stappenplan voor het oplossen van een lineaire vergelijking:
- Haakjes wegwerken
- Termen met een x erin allemaal in het linkerlid krijgen
- Alle andere termen in het rechterlid krijgen
- Bepalen wat x is
- Controleren
Voorbeeldvraag
Los de vergelijking 2x + 7 = 23 op.
Uitwerking
- Stap 1: Alle termen met een x erin (dit kan ook een andere letter zijn) naar het linkerlid halen.
In dit geval staan alle termen met een x erin al aan de linkerkant, dus deze stap is al voltooid.
- Stap 2: Alle termen zonder x erin (dus de losse getallen) naar het rechterlid halen.
2x + 7 - 7 = 23 - 7
2x = 16 - Stap 3: Bepaal x.
$$\frac{2x}{2} = \frac{16}{2}$$ dus x = 8
- Stap 4: Controle
2 · 8 + 7 = 23
x = 8 klopt dus!