Het meest gebruiksvriendelijke oefenprogramma vól slimmigheden

Welke lesstof is er beschikbaar in het programma van Slimleren?

Basis 2 - vergrotingsfactor inhoud

Met Slimleren oefenen leerlingen thuis of in de les, op een leuke en interactieve manier, de stof die jij voor ze klaar zet. Benieuwd naar onze stof? Hieronder zie je hoe het onderwerp Basis 2 - vergrotingsfactor inhoud eruit ziet. Leerlingen kunnen in Slimleren vragen over dit - en ieder ander - onderwerp maken. Docenten kunnen de resultaten daarvan inzien en daarmee hun lessen efficiënter inrichten en makkelijker differentiëren.

Basis 2 - vergrotingsfactor inhoud
  • vergrotingsfactor
  • rekenen met vergrotingsfactor
  • inhoud beeld
  • inhoud bij vergroten

  Theorie

Uitdaging

De vergrotingsfactor kun je gebruiken bij zowel afmetingen als oppervlaktes. Daarnaast kun je de vergrotingsfactor ook gebruiken bij het rekenen met inhouden. Alleen gebruik je hierbij de vergrotingsfactor3. Je kan dit begrijpen doordat de inhoud van een object afhangt van 3 afmetingen (lengte, breedte en hoogte).

In deze theorie leggen we je uit hoe je bij het rekenen met inhouden met de vergrotingsfactor kunt werken.

Methode

De regel die je hierbij moet aanhouden is: bij een vergrotingsfactor van x, wordt de inhoud x3 keer zo groot. De inhoud van het beeld bereken je dan ook met de formule:

$$\bf{\mbox{Inhoud beeld}} = {\mbox{Inhoud model}} · {\mbox{Vergrotingsfactor}^3}$$

De vergrotingsfactor kun je ook berekenen als je de inhoud van zowel het beeld als het origineel weet.

Dit doe je door de inhoud van het beeld te delen door de inhoud van het model. De vergrotingsfactor is de derdemachtswortel van het antwoord. Je krijgt:

$$\bf{\mbox{Vergrotingsfactor}=\sqrt[3]{\frac{\mbox{Inhoud beeld}}{\mbox{Inhoud model}}}}$$

  Vuistregels

  • $$\bf{\mbox{Inhoud beeld}} = {\mbox{Inhoud model}} · {\mbox{Vergrotingsfactor}^3}$$
  • $$\bf{\mbox{Vergrotingsfactor}=\sqrt[3]{\frac{\mbox{Inhoud beeld}}{\mbox{Inhoud origineel}}}}$$
  • $$\bf{\mbox{Inhoud model} = \frac{\mbox{Inhoud beeld}}{\mbox{Vergrotingsfactor}^3}}$$
  • Het model is hetzelfde als het origineel, je kunt beide termen gebruiken.

  Voorbeeldvraag

Bij de winkel worden verschillende maten waterflesjes verkocht. Waterflesje A heeft een inhoud van 0,5 liter

a. Waterflesje B is een vergroting van waterflesje A met vergrotingsfactor 1,59. Bereken de inhoud van B.

b. Waterflesje C heeft een inhoud van 0,25 liter en is een verkleining van B. Bereken de vergrotingsfactor.

 

Uitwerking:

a. Inhoud beeld = vergrotingsfactor3 · inhoud origineel

$$\mbox{Inhoud beeld }= 1,59^3 · 0,5 = 2,0098 \approx 2 \mbox{ liter}$$.

b. $$\mbox{vergrotingsfactor }= \sqrt[3]{\frac{0,25}{2}} = 0,5 $$

Benieuwd geworden naar Slimleren?
Start een gratis pilot