Afronden op honderdtallen
Met Slimleren oefenen leerlingen thuis of in de les, op een leuke en interactieve manier, de stof die jij voor ze klaar zet. Benieuwd naar onze stof? Hieronder zie je hoe het onderwerp Afronden op honderdtallen eruit ziet. Leerlingen kunnen in Slimleren vragen over dit - en ieder ander - onderwerp maken. Docenten kunnen de resultaten daarvan inzien en daarmee hun lessen efficiënter inrichten en makkelijker differentiëren.
Theorie
Uitdaging
Afronden op honderdtallen is niet moeilijk, maar je moet net even weten hoe dat moet.
Hier kun je lezen hoe je dat doet.
Methode
Stel je moet het getal 5.465 afronden op honderdtallen.
Als je af moet ronden op honderdtallen, dan moet je eerst kijken naar het getal rechts van het honderdtal. Dat getal is een 6. Bij het afronden gelden altijd deze regels:
- Is het getal een 4 of lager, dan rond je af naar beneden.
- Is het getal een 5 of hoger, dan rond je af naar boven.
Omdat dit getal een 5 of hoger is, rond je af naar boven en tel je dus 1 bij het honderdtal op. Het honderdtal verandert dus van een 4 in een 5. Alle getallen rechts van het honderdtal worden een 0. Het antwoord is dus 5.500.
Stel je moet het getal 3.438 afronden op honderdtallen.
Als je af moet ronden op honderdtallen, dan moet je eerst kijken naar het getal rechts van het honderdtal. Dat getal is een 3. Bij het afronden gelden altijd deze regels:
- Is het getal een 4 of lager, dan rond je af naar beneden.
- Is het getal een 5 of hoger, dan rond je af naar boven.
Omdat dit getal een 4 of lager is, rond je af naar beneden en blijft het honderdtal dus hetzelfde. Alle getallen rechts van het honderdtal worden een 0. Het antwoord is dus 3.400.
Vuistregels
- Is het getal een 4 of lager, dan rond je af naar beneden.
- Is het getal een 5 of hoger, dan rond je af naar boven.