Breuken vermenigvuldigen
Met Slimleren oefenen leerlingen thuis of in de les, op een leuke en interactieve manier, de stof die jij voor ze klaar zet. Benieuwd naar onze stof? Hieronder zie je hoe het onderwerp Breuken vermenigvuldigen eruit ziet. Leerlingen kunnen in Slimleren vragen over dit - en ieder ander - onderwerp maken. Docenten kunnen de resultaten daarvan inzien en daarmee hun lessen efficiënter inrichten en makkelijker differentiëren.
Theorie
Uitdaging
Breuken kun je, zoals ieder ander getal, met elkaar vermenigvuldigen. Om dit goed te kunnen doen, moet je uiteraard de rekenregels kennen die hiervoor gelden.
In deze theorie bekijken we hoe je breuken met elkaar kunt vermenigvuldigen.
Methode
Volg het stappenplan als je breuken wilt vermenigvuldigen:
- Stap 1: Breng eerst de helen binnen de breuk.
- Stap 2: Vermenigvuldig dan de teller met de teller en de noemer met de noemer.
$$\mbox{Breuk · Breuk} = \frac{\mbox{Teller}}{\mbox{Noemer}} · \frac{\mbox{Teller}}{\mbox{Noemer}} = \frac{\mbox{Teller · Teller}}{\mbox{Noemer · Noemer}}$$
- Stap 3: Haal de helen weer buiten de breuk en vereenvoudig de breuk als dat mogelijk is.
Vuistregels
- $$\mbox{Breuk · Breuk} = \frac{\mbox{Teller}}{\mbox{Noemer}} · \frac{\mbox{Teller}}{\mbox{Noemer}} = \frac{\mbox{Teller · Teller}}{\mbox{Noemer · Noemer}}$$
Voorbeeldvraag
Bereken.
a. $$3\frac{1}{6} · 1\frac{1}{2}$$
b. $$7 · \frac{4}{9}$$
Uitwerking
a. $$3\frac{1}{6} · 1\frac{1}{2}=\frac{19}{6} · \frac{3}{2}=\frac{19 · 3}{6 · 2}=\frac{57}{12}=4\frac{9}{12}=4\frac{3}{4}$$
b. $$7 · \frac{4}{9}=\frac{7}{1} · \frac{4}{9}=\frac{7 · 4 }{1 · 9}=\frac{28}{9}=3\frac{1}{9}$$