Het meest gebruiksvriendelijke oefenprogramma vól slimmigheden

Welke lesstof is er beschikbaar in het programma van Slimleren?

Grootheden en eenheden

Met Slimleren oefenen leerlingen thuis of in de les, op een leuke en interactieve manier, de stof die jij voor ze klaar zet. Benieuwd naar onze stof? Hieronder zie je hoe het onderwerp Grootheden en eenheden eruit ziet. Leerlingen kunnen in Slimleren vragen over dit - en ieder ander - onderwerp maken. Docenten kunnen de resultaten daarvan inzien en daarmee hun lessen efficiënter inrichten en makkelijker differentiëren.

Grootheden en eenheden

  Theorie

Uitdaging

Welke grootheden komen vaak voor in het dagelijks leven, en welke eenheden gebruiken we om deze grootheden uit te drukken?

Methode

Hieronder vindt je verschillende grootheden. Achter iedere grootheid staan verschillende eenheden die het meest worden gebruikt om de grootheid uit te drukken.

Zo kan iets bijvoorbeeld 50 cm lang zijn, een inhoud hebben van 2 dL, 600 dollar kosten of 30 graden Celsius zijn. Met deze grootheden en eenheden kunnen we aan elkaar uitleggen hoe groot, klein, duur, goedkoop, warm, koud, snel, langzaam, zwaar of licht iets is.

 

Lengte = mm, cm, m, km

Oppervlakte = mm2, cm2, m2, hectare

Inhoud = mL, cL, dL, L

Tijd = seconde, minuut, uur, dag, week, maand, jaar

Geld = euro, dollar, yen, 

Snelheid = m/s (= meter per seconde), km/u (= kilometer per uur)

Gewicht = mg, g, kg, ton

Temperatuur = Celsius, Kelvin, Fahrenheit

  Vuistregels

Lengte = mm, cm, m, km
Oppervlakte = mm2, cm2, m2, hectare
Inhoud = mL, cL, dL, L
Tijd = seconde, minuut, uur, dag, week, maand, jaar
Geld = euro, dollar, yen, 
Snelheid = m/s (= meter per seconde), km/u (= kilometer per uur)
Gewicht = mg, g, kg, ton
Temperatuur = Celsius, Kelvin, Fahrenheit

  Voorbeeldvraag

Noem een eenheid van de grootheid gewicht.

Uitwerking: mg, g, kg, ton

Benieuwd geworden naar Slimleren?
Start een gratis pilot