Het meest gebruiksvriendelijke oefenprogramma vól slimmigheden

Welke lesstof is er beschikbaar in het programma van Slimleren?

Gevorderd - bijvoeglijk naamwoord

Met Slimleren oefenen leerlingen thuis of in de les, op een leuke en interactieve manier, de stof die jij voor ze klaar zet. Benieuwd naar onze stof? Hieronder zie je hoe het onderwerp Gevorderd - bijvoeglijk naamwoord eruit ziet. Leerlingen kunnen in Slimleren vragen over dit - en ieder ander - onderwerp maken. Docenten kunnen de resultaten daarvan inzien en daarmee hun lessen efficiënter inrichten en makkelijker differentiëren.

Gevorderd - bijvoeglijk naamwoord
  • moeilijke bijvoeglijke naamwoorden
  • bijvoeglijk naamwoord

  Theorie

Uitdaging

Hoe bepaal je de correcte spelling van een moeilijk bijvoeglijk naamwoord of een bijvoeglijk naamwoord dat je niet kent?

Methode

Als je het bijvoeglijk naamwoord moeilijk vindt of niet kent, pas dan gewoon de regels toe die je hebt geleerd. Onderstaand zie je een verkorte opsomming van deze regels:

1 - een bijvoeglijk naamwoord vóór een zelfstandig naamwoord: vaak +e

2 - als er "een" voor staat ipv "het": geen e achter het bijvoeglijk naamwoord plakken (let op de uitzonderingen van deze regel)

3 - lange klank (2 dezelfde klinkers + 1 medeklinker): klinker weg

4 - korte klank (1 klinker + 1 medeklinker): extra medeklinker

5 - f wordt soms een v

6 - s wordt soms een z

7 - aparte spelling "stoffelijk" bijvoeglijk naamwoorden: niet +e, maar +en (tenzij het gaat om relatief "nieuwe" stoffen, dan niks eraan vast plakken)

 

Onderstaand enkele voorbeelden van wat lastigere bijvoeglijk naamwoorden:

het probleem is acuut - het acute probleem - een acuut probleem
dat verband is causaal - het causale verband - een causaal verband
dat systeem is dynamisch - het dynamische systeem - een dynamisch systeem
het gebouw is monumentaal - het monumentale gebouw - een monumentaal gebouw
de danseres is sexy - de sexy danseres - een sexy danseres
de jongen is gehandicapt - de gehandicapte jongen - een gehandicapte jongen

 

  Vuistregels

  • een bijvoeglijk naamwoord vóór een zelfstandig naamwoord: vaak +e
  • als er "een" voor staat ipv "het": geen e achter het bijvoeglijk naamwoord plakken (let op de uitzonderingen van deze regel)
  • lange klank (2 dezelfde klinkers + 1 medeklinker): klinker weg
  • korte klank (1 klinker + 1 medeklinker): extra medeklinker
  • f wordt soms een v
  • s wordt soms een z
  • aparte spelling "stoffelijk" bijvoeglijk naamwoorden: niet +e, maar +en (tenzij het gaat om relatief "nieuwe" stoffen, dan niks eraan vast plakken)

  Voorbeeldvraag

Wat is de correcte spelling van het bijvoeglijk naamwoord?

a. de schoenen zijn van suède - de ...... schoenen
b. het hechte gezin - een ...... gezin
c. die oplossing is waardeloos - de ...... oplossing

 

Uitwerkingen

a. de schoenen zijn van suède - de suède schoenen
b. het hechte gezin - een hecht gezin
c. die oplossing is waardeloos - de waardeloze oplossing

Benieuwd geworden naar Slimleren?
Start een gratis pilot